Awakening

Langzaam begin ik te ontwaken uit mijn winterslaap. Zangvogels zingen er vrolijk op los, alsof ze als herauten het begin van de lente aankondigen. En terwijl ik de slaap uit mijn ogen wrijf ontdek ik, nadat ik datum op mijn horloge zie, dat het Chinese nieuwe jaar al is begonnen, het jaar van de tijger. Laat dat nu net mijn chinees sterrenbeeld zijn. Dit kan geen toeval zijn, dit wordt mijn jaar.

Langzaam sta ik op en maak ik mijn spieren los, die hebben te lijden gehad van deze lange winterslaap. Nu ik er zo over begin, ik kan me niet meer herinneren wanneer we voor het laatst zo’n lange winter hebben gehad. Enigszins nog wat versuft loop ik naar de badkamer en zet – nog op de volle automaat – de radio aan. De melodie van Caro Emeralds, ‘On a night like this’ en haar stem stemmen mij vrolijk.

[media id=54]

Ik aanschouw mezelf in de spiegel en zie een gezicht dat ik niet herken. Zelfs als ik na een scheerbeurt een vertrouwd glad geschoren gezicht heb herken ik mezelf nog steeds niet in het gezicht dat ik zie in de spiegel. Ik zie een man die uitgerust is, ogen die me vol zelfvertrouwen en vastberadend aankijken. Even denk ik dat ik een jongere versie van mezelf zie, want die vastberadenheid was ik kwijt geraakt en het zelfvertrouwen heeft in de loop der tijd een aantal deuken opgelopen.

Zonder verder ook maar enige aandacht te besteden aan het onbekende gezicht dat ik in de spiegel zag, neem ik een douche. Door de luidspreker van de radio klinken de eerste noten van Halfway gone van Lifehouse. Stil aan begin ik me te beseffen dat de wereld niet heeft stil gestaan gedurende mijn winterslaap. Nieuwsgierig Benieuwd naar wat er nog meer gebeurd is kan ik haast niet wachten om weer achter mijn laptop te kruipen.

[media id=55]

Nadat ik me eenmaal met een kop koffie achter mijn laptop heb geplaatst, hoor ik het geluid van ganzen die weer naar het zuiden trekken – de winter is nu echt ten einde. Vreemd genoeg heb ik niet echt de behoefte om mijn laptop aan te zetten. Ik voel me heerlijk en van dat gevoel wil eigenlijk nog even wat langer genieten. Nog heel even, nog heel even dichtbij mezelf zijn, voordat ik me weer in het feestgedruis stort dat we leven noemen.

Lang kan ik het niet meer uitstellen, want ik ben toch eigenlijk best benieuwd hoe het met mijn mede bloggers gaat. In gedachte ga ik alle blogjes die ik volg langs en bij elke blog sta ik even stil. Gewoon benieuwd naar hoe het hen is vergaan en voor elke blogger komt er een vraag in me op die ik hem/haar zou willen stellen. Nog voor ik ze allemaal in mijn hoofd ben langsgegaan, zie ik het aantal ongelezen berichten in mijn feed-lezer.

Ik denk dat ik nog heel even geniet van het ontwaken uit de winterslaap. Even wennen aan die herwonnen zelfvertrouwen en vastberadenheid. En binnenkort, echt heel binnenkort, ga ik al die ongelezen RSS-feeds bekijken. Tot die tijd wil nog even genieten en moet ik nog even wennen aan de vernieuwde Theo.

Hoe vriendelijkheid wordt beloond

Ik had een afspraak midden in het centrum. Terwijl ik uit mijn auto stapte, zag ik een vrouw van voor in de veertig de boodschappen uit haar auto laden. Ik zag dat ze naar me keek en wenste haar een goede morgen. Ik kon nog net haar wederwens horen voor ik het gebouw naar binnen liep waar ik moest zijn. Mooi toch nog net op tijd voor mijn afspraak, bedacht ik me toen ik de deur binnen stapte. Ik had mijn jas net opgehangen en zat al in de wachtkamer te wachten, toen ik de deur op hoorde gaan.

“Is die jongeman met die zwarte lederen jas hier net naar binnen gekomen?”, klinkt een vrouwenstem.

“Ja”, zegt mijn afspraak.

“Dan mag hij snel naar buiten gaan voor de politie hem een parkeerboete geeft, het is hier namelijk een parkeerzone”, hoorde ik haar zeggen.

Ik bedacht me geen seconden en trok mijn jas aan om die te kijken of ik die boete nog kon voorkomen en bedankte de vrouw hartelijk op mijn weg naar buiten. Na een goed gesprek met de dienstdoende politieagenten, kreeg ik geen boete en wezen ze me zelfs op een plaats waar ik gratis kon parkeren.

Nadat ik mijn auto opnieuwe had geparkeerd, liep ik terug naar mijn afspraak en vroeg ik me af of de vrouw mij geholpen heeft omdat ik haar vriendelijk begroet had, of omdat ze van nature zo lief is. Een ding is zeker, de volgende keer dat ik daar in de buurt ben bel ik bij haar aan met een bos bloemen om haar te bedanken. Dat is toch het minste dat ik kan doen voor het feit dat ze me 65 euro heeft bespaart.

Hallelujah!

Op woensdag 26 augustus was Blaas Of Glory te gast bij het radio programma van Giel Beelen op 3FM. Daar speelden ze live op de gang hun nummers ‘Why Can’t this Be love’ en ‘Enter Venus’ – daarnaast lieten ze nog een ander cadeautje achter. Giel vraagt altijd aan zijn gasten of ze een uitvoering willen opnemen van een actueel top 40 nummer. Op het moment dat Blaas Of Glory bij Giel was, stond Lisa met haar cover van Jeff Buckley’s  Halleluja in de top 40. En speciaal voor Giel goten de mannen van Blaas Glory Halleluja in een nieuw jasje.

Deze week bood Blaas Of Glory de live opname bij Giel aan via hun twitter account en ik wil dit juweeltje graag met jullie delen.

[audio:BOG_Hallelujah.mp3]

Herfst, de periode van het loslaten

Vanuit het Taoïsme staat het element metaal ook voor het seizoen herfst en voor het loslaten. In eerste instantie begreep ik niet zo goed wat metaal en herst met loslaten te maken hebben, totdat iemand het mij uitlegde. Een metalen zwaard kan dingen in tweeën klieven – deel een laat deel twee los – en in de herfst laten de bomen al hun blaadjes los.

Met dit gegeven maakte ik, met mijn camera in de aanslag, een wandeling door een nabij gelegen bos. De bomen liet stilaan hun bladeren los.

Bomen---klein

Het mooie aan het, in de herfst, wandelen door het bos is dat je die wonderbaarlijke planten – of eigenlijk zijn het schimmels – tegenkomt die we ook wel paddenstoelen noemen. Deze waren zo futuristisch, dat het bijna lijkt alsof ik ze flink gephotoshopped heb.

Mushroom-3

Lopende door het bos kom je nog meer merkwaardige dingen tegen. Zo bijvoorbeeld ook het volgende, het leek wel buitenaards.

Mushroom-2

Vanaf de zijkant lijkt het helemaal net alsof de paddenstoel zich als een UFO in de boom heeft gedrukt.

Mushroom-1

Do(e)len

“Je hebt last van je keel”, zegt mijn Chi Kung leraar tegen me.

“Hoe weet jij dat?”, vraag ik hem terwijl we een oefening doen waarbij we elkaar energie geven.

“Dat voel ik aan mijn keel als je mij energie geeft”, zegt hij.

Dat was een opmerkelijk gebeuren tijdens de laatste workshop Chi Kung, en niet in de laatste plaats omdat ik deze morgen opstond met een snotterende neus en een geïrriteerde keel, een aandenken aan het winter klaarmaken van mijn tuin wat ik gisteren in de motregen deed.

De cursus Chi Kung was echt geweldig, en hoewel ik aanvankelijk dacht dat ik het tijdig opstaan op de zondagmorgen niet leuk zou vinden, ik blogde er hier al eens over, moet ik toegeven dat het slechts zoeken was naar een excuus om me niet voor de cursus in te schrijven. Dankzij die cursus voel ik me een heel ander mens, ik kan natuurlijk niet schrijven dat ik een ander mens ben, want ik heb nog steeds hetzelfde lichaam en dezelfde geest, maar mijn instelling en kijk op de dagelijkse dingen is wel degelijk veranderd. Ik ben veel opgewekter, slaap veel beter, heb mijn oprechte interesse in andere mensen weer terug en ik bekijk alles door een veel positiever bril. Bij deze wil ik mijn leraar M. van harte bedanken, al denk ik niet dat hij dit ooit hier zal lezen.

Een tijd geleden vroeg iemand mij, wat de doelen zijn die ik zou willen behalen. Op het moment dat het mij gevraagd werd, was ik niet echt met het stellen van doelen bezig – ik was een beetje weggezakt in zelfmedelijden. Maar nu ik zo eens rustig zit te genieten van het zwakke zonnetje, dat door mijn achterraam gluurt, kom ik er achter dat het stellen van doelen helemaal nog niet zo verkeerd is, niet dat het halen van die doelen het doel is, maar meer om te kijken wat ik graag zou willen bereiken, zodat ik er naar toe kan werken. Hier, in geheel willekeurige volgorde, een vijftal doelen.

  1. Nog meer plezier halen uit mijn werk – op zich niet zo’n vreemd doel, want werken is een belangrijk deel van mijn dagelijkse bezigheden.
  2. Mij verder bekwamen in Tai Chi, zodat ik ver genoeg ben om een lang gekoesterde droom, het leren hanteren van de Katana,  te vervullen – niet dat ik zo’n agressief mannetje ben, ik vind de krijgskunst van het zwaardvechten erg mooi om te mogen aanschouwen.
  3. Bestaande vriendschappen intensiever onderhouden en nieuwe vriendschappen sluiten.
  4. Het lijstje met vakantiebestemmingen afwerken: op bezoek bij vrienden G. en A. in Chicago, een reis naar Samoa en Nieuw-Zeeland, een trektocht door Peru, een bezoek aan de Taj Mahal en het rode fort, een reis naar Dengfeng China.
  5. Veel nieuwe dingen leren op het gebied van mijn werk, maar bovenal ook in de privésfeer.

Ik betrap mijzelf erop dat ze niet allemaal even concreet zijn en dat sommige nooit te behalen zijn, omdat er nou eenmaal aan gewerkt moet worden totdat ik voor de laatste keer mijn adem uitblaas. Maar nu ik ze aan de virtuele wereld toevertrouw, liggen ze vast en kan een ieder mij op elk willekeurig moment vragen hoe het staat met het behalen van de genoemde doelen.

Hoeveel ben jij waard?

De zaterdagmorgen begon met het inladen van een aanhanger samen met M. Nadat we een half uur gezwoegd hadden, gingen we opweg naar de gemeentelijke stortplaats. Onderweg vroegen M. en ik ons af hoeveel kilo we in de aanhanger hadden geladen, maar een echte gok durfden we niet te wagen.

Het uitladen van de aanhanger ging aanzienlijk sneller dan het inladen en na ruim 10 minuten sloten we aan in de rij voor de weegbrug. Het leek wel of de hele omgeving juist die zaterdag gepland hadden om hun afval naar de stort te rijden, want die rij was best groot.

Toen we eindelijk aan de beurt waren, had M. wat ruzie met de stortpas. Of eigenlijk met het laten lezen van de stortpas. De auto’s achter ons lieten hun ongeduld blijken en ik besloot om maar eens aan het personeel van de stort te vragen wat er niet goed ging. Die wisten mij te vertellen dat M. het pasje langer voor de lezer moesten houden.

Met die boodschap ging ik naar buiten en zo waar, het lezen ging goed. Nu wist ik op voorhand al wel dat ik over de 300 kilo gratis storten heen zou gaan en ik ging het gebouwtje bij de weegbrug binnen om af te rekenen. “Mijnheer, wij vinden het al erg vervelend dat u moet betalen, maar zou u nog een keer de pas ervoor wil houden terwijl u zelf ook op weegbrug staat, dan betaalt u uw eigen gewicht niet.

Met dat advies ging ik op nieuw naar buiten en nadat we de weging opnieuw hadden gedaan ging ik wederom naar het gebouwtje bij de weegbrug om het restant bedrag te betalen. Sindsdien weet ik ook precies hoeveel ik waard ben, want het verschil in bedrag met en zonder mijn gewicht op de weegbrug was 12 euro. Uiteindelijk bleek dat we 690 kilo gestort hadden, zoveel hadden M en ik eigenlijk niet durven te gokken.

De witte rastaman

Als je, net als ik, ‘s ochtends rond dezelfde tijd van je huis naar je werk vertrekt, dan ontwikkelen er zich bepaalde patronen. Een buurtbewoner die je steevast begroet,als hij of zij de auto instapt op weg naar het werk. Een bewoner van het bejaardentehuis op de hoek, die achter de rollator op weg is naar de supermarkt. Die ene dag in de week waar je op steevast op dezelfde plaats en het zelfde tijdstip de vuilniswagen tegenkomt. Of die jonge moeder die op weg naar huis is, nadat ze haar kroost naar de basisschool heeft gebracht.

Zo kan ik er ook de klok op gelijk zitten dat ik, elke doordeweekse morgen, een jonge blanke man tegenkom. Met zijn lange rastavlechten, is hij een opvallende vertoning in het dorp waarin ik leef. Deze week verliet ik mijn huis iets eerder, omdat er een gedwongen, maar ook zeer welkome work-out op het programma stond – de ramen van mijn auto waren bevroren. Terwijl de vrieskou de lome warmte van de nachtelijke rust verdreef, zorgde de work-out ervoor dat de laatste slaap, die zich nog in mijn spieren verzameld had, uit mijn lichaam verdween.

Het was goed dat ik rekening gehouden had met de extra tijd dat het met kostte om de ramen van mijn auto te krabben, want ik kon precies op de gebruikelijke tijd vertrekken. Exact op het normale tijdstip en plaats waarop ik de witte rastaman doorgaans tegenkom, kreeg ik hem in het vizier. Wat me deze keer opviel, was dat hij in een t-shirt met korte mouwen liep, alsof de kou hem helemaal niks deed. En terwijl ik een blik wierp op het instrumentenpaneel van mijn auto, zag ik dat het buiten-3 graden Celcius was.

Dream the dreams of other men, … you’ll be no one’s rival

Ik realiseer me dat dit een beetje een aparte titel is, voor een regel die mij raakt. Maar al vanaf het begin dat ik backspacer, het nieuwe Pearl Jam album, heb gekocht staat het liedje waar deze regel in voorkomt met enige regelmaat op repeat – nu moet ik wel bekennen dat het even duurde voor ik voorbij Just Breathe kwam – het vijfde nummer op de cd -, want dat is ook een juweeltje. De regel die mij raakt komt uit het nummer Unthought Known, het zevende nummer op de cd.

See the path cut by the moon,… For you to walk on,…
See the waves on distant shores,… Awaiting your arrival,…

Dream the dreams of other men,… You’ll be no ones rival,…
Dream the dreams of others then,… You will be no ones rival,…
You will be no ones rival,…

Ik begrijp dat je ‘Dream the dreams of other men’ ook op kunt vatten als een regelrechte uitnodiging om je aan te sluiten bij een of andere fundamentalische beweging, maar dat is juist niet zoals Eddy Vedder het denk ik heeft bedoeld. Met Unthought Known zegt Eddy Vedder eigenlijk dat we wat beter om ons heen moeten kijken, dat we meer het leven moeten voelen en moeten genieten van al het pracht dat het leven ons te bieden heeft. En dat we ook best de dromen van mensen als Martin Luther King, Ghandi, John Lennon en Nelson Mandela (en weet ik veel wie ik nog meer vergeet) mogen dromen. En dat als we die dromen durven te dromen, we er dan achter komen dat we dan geen rivalen zijn, maar juist medestanders van de personen die de dromen oorspronkelijk droomden.

Degene die de laatste tijd veel met mij te maken hebben gehad een beetje tussen de regels van mijn blog heen hebben gelezen zullen wellicht kunnen opmerken dat ik mijn positieve en vrolijke instelling weer een beetje terug heb, het resultaat van een aantal zeer intensieve Chi Kung lessen. Nu ging dat niet geheel van zelf, want door die lessen kwamen er ook een heleboel emoties los. Emoties waarvan ik niet eens wist dat ik ze in mijn lichaam had opgeslagen.

Dat op zich was een hele bijzondere ervaring, er waren momenten waarop ik ontzettend goed nieuws kreeg, terwijl ik gewoon niet vrolijk van dat nieuws werd. Maar gelukkig ondervonden mijn medecursisten dezelfde soort ervaringen en wist een lieve medeblogster mij te vertellen dat het een cadeautje is dat je van Chi Kung kunt krijgen. Helaas was ik zo bot om haar te vragen of ik het cadeautje terug kon geven, waarop ik terecht nog geen antwoord heb gekregen. Nu ik er zo op terug kijk wil ik dat cadeautje toch wel graag houden, het was gewoon even iets waar ik doorheen moest.

Het mooie is ook, dat ik weer kan genieten van de kleinste dingen in het leven. Zo klaagde een collega er vanochtend over dat hij zijn auto weer moest krabben, terwijl ik juist dankbaar ben voor de 5 minuten gratis work-out die moeder natuur me geeft. Zo komen er spontaan ook de meeste mooie boodschappen in me op. Zo werd ik van de week wakker met het volgende in mijn hoofd: “In onze zoektocht naar perfectie zien we vaak de mooiste dingen over het hoofd”. Als het dromen van andermans dromen mij zoveel moois brengt, dan wil ze best nog wel een tijdje blijven dromen.